20 apr “.. Het is maar werk”
En daar achteraan dan vaak: “Je moet het loslaten”. Demoraliserende monologen. “De wereld verandert, je zal mee moeten veranderen.” De morele moed ontnomen en de discipline wellicht vernietigd, of misschien ook niet? Het besef dat een overtuiging voor jou werkt .. En dat tegelijkertijd dus niet wil zeggen dat ‘ie ook voor een ander werkt, is waar je na het lezen van dit artikel over na gaat denken.
Eenzijdig perspectief,
Als iedereen anders is. Een overtuiging die deelnemers negen van de tien keer in een vroeg stadium, tijdens het trainingsonderdeel MINDSET, uitspreken. Dat ook precies hetgeen is dat het contact met de ander een stuk uitdagender maakt. ‘Lastiger’ zoals men het vaak omschrijft. De bewustwording lijkt aanwezig. Toch merk ik dat ik me blijf afvragen waarom we dan toch het gros van de tijd vanuit onszelf vertrekken? Is dat omdat we écht denken dat we anderen toe moeten spreken in de meest aanmoedigende, althans zo lijkt het, vorm die er bestaat?
“Waar een wil is, is een weg”
Vorig jaar tijdens een training gaf een deelnemer me terug, naar aanleiding van mijn overtuigingen die ik met de groep deelde, dat hij niets had met dat soort oneliners. Hij vergeleek ze met dooddoeners, en dat toverde vervolgens een glimlach op mijn gezicht. Voor de een levenswijsheden, de brandstof voor drive en voor de ander een dooddoener. Het mag zo zijn!
Zoals kwartjes vallen,
We zijn allemaal weleens naar de kermis geweest. We kennen de ‘Coin Pusher’, ofwel de muntenschuiver. Je gooit een muntje in de bovenkant van het apparaat en het muntje belandt vervolgens op een naar voor en achter bewegende verdieping. Vanaf dan kan het alle kanten uit. Of het muntje blijft op de plek van bestemming liggen en zorgt voor geen verdere beweging of je hebt geluk en het muntje duwt een ander muntje naar voren. De tactiek van het muntje erin gooien .. Is dat hoe jij jouw levenswijsheden, overtuigingen, deelt?
Jouw overtuiging, een belemmering voor de ander
Omdat het zo ‘kort’ en ‘snel’ gezegd is, één zin droppende: “Eerst het een afmaken voordat je met het ander begint”. En zo liep de medewerkster vast op de klantorder omdat de medewerkster naar de overtuiging van de eigenaar leefde. Zij zuivere intenties had en deed wat haar verteld was, de ‘regels’ volgde. Het te makkelijk is om te zeggen van ”Ja maar, dan had ze ..” Het vraagt vaak meer. Het vraagt delen, want niet iedere overtuiging past op iedere situatie of in iedere context.
Laat overtuigingen geen eeuwige waar- of wijsheden worden
Want als het maar werk is en je snapt niet dat de ander zichzelf daar zo druk om kan maken, wat vind je dan van het volgende: “JIJ hoeft het niet te snappen, maar GUN je dat de ander zichzelf in deze situatie gaat snappen?”