Als je mijn intenties snapt,

“Ik denk dat als je mijn intenties snapt, ik dan best aardig ben”, geeft Ali B als antwoord op één van de gestelde vragen. Daar stopt het niet bij, want “wie is Ali?”. Terwijl mijn ogen zich aan het beeldscherm vastklampen, merk ik dat niet alleen mijn TV maar ook ik AAN sta. Ik niet zomaar meer naar een documentaire als deze kan kijken. Mijn verstand niet altijd meer op nul staat. Een uitspraak van mijn moeder, met als definitie dat een programma lekker weg kijkt. Ik hoor alle uitgesproken woorden en probeer continu het vooroordeel dat ik heb over Ali B naar de zijkant te schuiven.

Wie is hij?

“Ik ben in de essentie: vooral uhh .. Denk ik een ontdekker”. Het begon volgens Ali allemaal bij een extremistische nieuwsgierigheid. Ik moet een beetje lachen in mezelf om het gekozen woord dat me op de een of andere manier een fractie van een seconde weet af te leiden. Extremistische nieuwsgierigheid. “Het blijft voor mij niet bij weten. Ik moet de kennis eten”, zegt hij. Het wekt bij mij de indruk dat het voor hem ontzettend belangrijk is om als een spons door het leven gaan. Ik vond Ali treffend, in eerste instantie. Interessant, dacht ik ..

De eerste haarscheurtjes

Ali loopt een concerthal binnen en knoopt een gesprek aan met een van zijn collega’s. “Je kunt gewoon vrijuit praten”, zegt Ali met een lach. Niet zeker of ik de enige ben die tot de conclusie komt dat de dialoog al vanaf de eerste minuut plaats maakt voor een monoloog. Het is vooral Ali B die aan het woord is. De treffende vragen waarmee hij de monoloog op gang houdt, doen mijn oren spitsen: “Wanneer is talent nou echt waardevol?”, tot het geven van een antwoord komt zijn collega echter niet. Het antwoord heeft Ali. “Wanneer het naar boven komt als de situatie onder druk komt te staan, ik bedoel, als ik je niet uitdaag, hoe weet ik dan dat je talentvol bent? .. Ja bro, dus remember dat”, een knikje en een lach als afsluiter. Ali loopt door.  

“Hahaha, was leuk!”

Zegt de collega met een gezichtsuitdrukking die een bepaalde leegte bevat. De lach op zijn gezicht zet alles behalve kracht bij. Als ik heel eerlijk moet zijn gaat mijn denken nu een hele andere richting uit. Ik betrap Ali op een soort van tegenspraak. Wat zegt hij nou eigenlijk precies? Hij wil ontdekken maar van wie wil hij ontdekken? Hij is nieuwsgierig, maar enkel en alleen naar kennis die hem ‘beter’ zal maken? En de monoloog bevalt hem prima.

“Waar liggen mijn kansen om beter te worden”

Wat een heerlijke vraag, hoor ik mezelf denken. “Luisteren naar anderen”, is het antwoord van Boef. Ali heeft blijkbaar een eigen wil, die hem hoogstwaarschijnlijk gebracht heeft waar hij vandaag de dag staat .. Maar toch. “Ali drukt zijn mening door en wil zijn gelijk halen”, is wat niet één maar meerdere kennissen bevestigen. Zit Ali zijn ego hem soms in de weg? Ik ken Ali niet, maar ik krijg op deze manier stiekem wel een beter beeld van hem .. “Er is niemand die Ali echt tegen spreekt”, verteld Boef, die dat uiteindelijk wel deed.  

“Ik ben echt niet zo goed als ik dacht dat ik was”

En dat is volgens Ali helemaal goed, helemaal prima! “Daar heb ik meer vrede mee dan dat ik denk dat ik een of andere ja .. Je weet toch, een compleet plaatje ben. Dat is veel zwaarder. Het is veel fijner om te weten dat je het niet bent.” Dit verteld hij nadat hij toegeeft dat hij ondanks dat hij veel heeft gebracht ook veel mensen heeft gekwetst. “Ik ben inmiddels gestopt met projecteren, en gestart met begrijpen, en dat maakt het leven een stuk leuker”, aldus Ali

Pas in een dialoog ontstaat toegevoegde waarde

Iedereen heeft zijn of haar referentiekader. Een individueel vertrekpunt. Een gevulde rugzak met ervaringen die zich om hebben gezet in (vastgeroeste) meningen, (voor)oordelen, (eeuwige) waarheden en (belemmerende) overtuigingen. Waardoor je in sommige situaties zomaar ineens NIET bezig bent met de ander te begrijpen maar bezig bent met jezelf BETER uit te drukken omdat jij het denkt te weten. Iets dat we sowieso véél lekkerder vinden, over onszelf praten – “Het schijnt dat we in onze gesprekken gemiddeld zestig procent van de tijd over onszelf praten”, aldus Elke Wiss. Zonde! Vind ik.

Iedereen verdient dialoog.

Een argument mag écht wel vaker ingewisseld worden door een vraag. Onwetendheid omarmend .. Ego aan de kant schuivend. Doordringen door te ontdekken wat er in die ander om gaat in plaats van jouw waarheid te projecteren. Want jouw waarheid is geen waarheid, dat weetje toch?

[social_share show_share_icon="yes"]